Viertallen
Het spelen
Een viertallenwedstrijd is een wedstrijd tussen 2 teams, stel A en B. Elk team bestaat uit 2 paren: het captainpaar en het nevenpaar.
Aan beide tafels speelt een paar van A tegen een paar van B. Aan tafel 1 speelt bv het paar van A NZ en van B OW. Aan de andere tafel zit juist het A paar OW en dat van B NZ. Elk spel wordt aan beide tafels gespeeld. Na afloop worden de prestaties vergeleken.
Aan tafel 1 heeft bijvoorbeeld het A-paar (NZ) 3SA (niet kwetsbaar) precies gemaakt en daarmee +400. gescoord.
Aan tafel 2 is het B-paar (ook NZ) op hetzelfde spel 1 down gegaan: dus -50 voor B of (wij schrijven namelijk alleen positieve scores), +50 voor A.
Op dat spel wint het A-team dan +400+50 = 450 punten.
Via een aparte tabel wordt elk matchpuntenaantal per spel omgezet in IMP's (International Match Points). In dit geval levert het saldo van +450 , 10 IMP's op.
Nadat alle spellen zijn gespeeld tel je voor iedere partij het aantal IMP's op.
Stel dat A 54 IMP heeft en B 33. Dan heeft A met een verschil van 21 IMP gewonnen.
Tot slot wordt uit een andere tabel afgelezen wat de echte uitslag wordt. Als de wedstrijd over bijvoorbeeld 24 spellen is gespeeld, dan wint A met 19-11 (Victory Points).
Bij wedstrijden over veel spellen, wordt halverwege van tegenstander gewisseld. In ons geval komt dan het B-paar dat NZ heeft gespeeld aan tafel 2 naar tafel 1 en wordt daar OW. Omgekeerd wordt het OW-paar van tafel 1, nu NZ aan tafel 2.
Veelhoeken
Een wedstrijd zoals boven beschreven, neemt meestal een avond in beslag. Op toernooien wordt echter vaak tegen meerdere tegenstanders gespeeld. Je speelt dan wel veel minder spellen tegen een ander team.
In een 5-hoek bijvoorbeeld, ontmoet je 4 andere teams waartegen 6 spellen per ontmoeting worden gespeeld. In total dus 4x6=24 spellen. Je maakt dan een uitslag per 6 spellen (met aangepaste tabellen).
Aan het eind van de avond heb je dan 4 wedstrijduitslagen.
Gezien de korte duur van elke wedstrijd, ontmoet je steeds maar 1 paar van elk team.
Taktiek
Je scoort vooral met manches en slems, vanwege de premies die daaraan vast zitten. In viertallen worden daarom scherpe manches en slems geboden (als je die van de 10 keer, 5 keer maakt en 5 keer 1 down gaat, scoor je over de 10 wedstrijden altijd positief).
Het uitnemen van deelscores zet weinig zoden aan de dijk.
Stel dat de tegenpartij 2♠ biedt en kan maken (+110, jij dus -110), dan heeft het geen zin om bijvoorbeeld kwetsbaar 3♣ te spelen en 1 down te gaan (-100). Dat is een top in een parenwedstrijd, maar levert niets op in een viertallenwedstrijd.
Ook het doubleren van en deelscore is gevaarlijk, als de tegenstander daarmee een manchepremie kan verdienen.
Kortom
In Viertallen bied je agressief, maar speel je veilig (overslagen tellen nauwelijks mee).
In Paren bied je veilig, maar speel je agressief (een overslag kan de top zijn).
Het spelen
Een viertallenwedstrijd is een wedstrijd tussen 2 teams, stel A en B. Elk team bestaat uit 2 paren: het captainpaar en het nevenpaar.
Aan beide tafels speelt een paar van A tegen een paar van B. Aan tafel 1 speelt bv het paar van A NZ en van B OW. Aan de andere tafel zit juist het A paar OW en dat van B NZ. Elk spel wordt aan beide tafels gespeeld. Na afloop worden de prestaties vergeleken.
Aan tafel 1 heeft bijvoorbeeld het A-paar (NZ) 3SA (niet kwetsbaar) precies gemaakt en daarmee +400. gescoord.
Aan tafel 2 is het B-paar (ook NZ) op hetzelfde spel 1 down gegaan: dus -50 voor B of (wij schrijven namelijk alleen positieve scores), +50 voor A.
Op dat spel wint het A-team dan +400+50 = 450 punten.
Via een aparte tabel wordt elk matchpuntenaantal per spel omgezet in IMP's (International Match Points). In dit geval levert het saldo van +450 , 10 IMP's op.
Nadat alle spellen zijn gespeeld tel je voor iedere partij het aantal IMP's op.
Stel dat A 54 IMP heeft en B 33. Dan heeft A met een verschil van 21 IMP gewonnen.
Tot slot wordt uit een andere tabel afgelezen wat de echte uitslag wordt. Als de wedstrijd over bijvoorbeeld 24 spellen is gespeeld, dan wint A met 19-11 (Victory Points).
Bij wedstrijden over veel spellen, wordt halverwege van tegenstander gewisseld. In ons geval komt dan het B-paar dat NZ heeft gespeeld aan tafel 2 naar tafel 1 en wordt daar OW. Omgekeerd wordt het OW-paar van tafel 1, nu NZ aan tafel 2.
Veelhoeken
Een wedstrijd zoals boven beschreven, neemt meestal een avond in beslag. Op toernooien wordt echter vaak tegen meerdere tegenstanders gespeeld. Je speelt dan wel veel minder spellen tegen een ander team.
In een 5-hoek bijvoorbeeld, ontmoet je 4 andere teams waartegen 6 spellen per ontmoeting worden gespeeld. In total dus 4x6=24 spellen. Je maakt dan een uitslag per 6 spellen (met aangepaste tabellen).
Aan het eind van de avond heb je dan 4 wedstrijduitslagen.
Gezien de korte duur van elke wedstrijd, ontmoet je steeds maar 1 paar van elk team.
Taktiek
Je scoort vooral met manches en slems, vanwege de premies die daaraan vast zitten. In viertallen worden daarom scherpe manches en slems geboden (als je die van de 10 keer, 5 keer maakt en 5 keer 1 down gaat, scoor je over de 10 wedstrijden altijd positief).
Het uitnemen van deelscores zet weinig zoden aan de dijk.
Stel dat de tegenpartij 2♠ biedt en kan maken (+110, jij dus -110), dan heeft het geen zin om bijvoorbeeld kwetsbaar 3♣ te spelen en 1 down te gaan (-100). Dat is een top in een parenwedstrijd, maar levert niets op in een viertallenwedstrijd.
Ook het doubleren van en deelscore is gevaarlijk, als de tegenstander daarmee een manchepremie kan verdienen.
Kortom
In Viertallen bied je agressief, maar speel je veilig (overslagen tellen nauwelijks mee).
In Paren bied je veilig, maar speel je agressief (een overslag kan de top zijn).